Voedel van ver
Toekomstkunde les 49In de supermarkt is vrijwel altijd in het jaar wel een gevarieerd aanbod aan groente en fruit te vinden. Ook als er in Nederland (bijna) niks groeit. Verwarmde kassen en voedsel van ver zorgen ervoor dat wij altijd kunnen eten wat willen. Is dat echt nodig? En wat voor effect heeft het als we net wat meer seizoensgroente en seizoensfruit zouden eten?
Deze les werd eerder ingezet in een periode van verplicht thuisonderwijs. Je kunt de les natuurlijk ook klassikaal inzetten.
Groep 5 en 6
Kinderen zoeken naar groente en fruit in huis en bedenken waar dit vandaan komt. Ze leren over seizoensgroente en seizoensfruit én snappen waarom het niet altijd goed is als voedsel van ver komt. Vervolgens maken ze een speciale kaart, die ze thuis kunnen gebruiken om te raadplegen. Zo weten ze precies wanneer het het juiste seizoen is voor een bepaald stuk fruit of groente.
Extra informatie bij deze les
Vraag de kinderen wie er fruit bij zich heeft. Indien er geen groente of fruit aanwezig is, verzin dan samen 3 soorten. Bij het vervolg van deze opdracht vullen kinderen het vak in. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld: vervoeren, schoonmaken, verpakken. Maar ook zelfs onderdelen als zaaien en groeien horen thuis in de stappen van de productie van veel groente en fruit.
De bron is hier te vinden. In het fragment vertelt Dieuwertje Blok waarom het vaak beter is om te kiezen voor lokaal voedsel in de winter. Je kan ook de kinderen zelf naar de pagina laten gaan via www.wwf.nl/bron. Samen lezen en er over praten kan de kinderen beter op weg helpen.
Voornamelijk vanwege het transport en de impact op het milieu. Ook voedsel uit kassen is niet per definitie milieuvriendelijk. De kassen gebruiken stroom en worden verwarmd zodat voedsel ook in de winters kunnen groeien. Voor vraag b. kunnen jullie eventueel een kort onderzoekje houden thuis of onder klasgenootjes. Wat zijn de verschillende meningen?
Begin eerst met het indelen van de seizoenen. Laat kinderen grotendeels zelfstandig werken, maar help eventueel. Aan welke soorten groente en fruit denken ze bij de seizoenen? Op websites van bijvoorbeeld het Voedingscentrum zijn overzichten te vinden met seizoensgroenten en seizoensfruit. Hier kunnen jullie eventueel naar kijken.
Groep 7 en 8
Kinderen leren over duurzaamheid en voedsel. Ze ontdekken waar groente en fruit vandaan komt. Ze leren over seizoensgroente en seizoensfruit én snappen waarom het niet altijd goed is als voedsel van ver komt. Ze maken een eigen advieskaart, waarmee ze anderen kunnen vertellen over voedsel in de seizoenen.
Extra informatie bij deze les
Help kinderen eventueel op weg. Bij voedselproductie hebben onder andere het productieproces en transportproces impact op het milieu. Veel exotisch voedsel komt met vliegtuigen naar Nederland. Maar ook in Nederlandse kassen wordt energie gebruikt, om voedsel te laten groeien dat normaal gesproken niet in de winter groeit.
De bron is hier te vinden. In het fragment vertelt Dieuwertje Blok waarom het vaak beter is om te kiezen voor lokaal voedsel in de winter. Je kan ook de kinderen zelf naar de pagina laten gaan via www.wwf.nl/bron. Samen lezen en er over praten kan de kinderen beter op weg helpen.
Zacht fruit vergaat sneller en is lastiger om lang te bewaren. Meer informatie over seizoensgroenten en seizoensfruit is te vinden op websites van bijvoorbeeld het Voedingscentrum. Kinderen kunnen zelfstandig zoeken op internet, maar hierbij helpen mag natuurlijk.
Uit deze les zijn weetjes over te nemen, bijvoorbeeld van onderdeel 2 en 3. Kinderen kunnen ook zelf op internet naar meer weetjes zoeken. Hier kun je bij helpen. Laat ze ook vooral eerst nadenken over wat ze zelf al weten.